“Toen mijn zoon een berichtje stuurde of ik nog eens € 1.000 wilde overmaken, dacht ik: hier klopt iets niet. Ik heb m’n schoondochter gebeld en die zei: ‘Waar heb je het over? Je zoon is gewoon hier.’ En m’n zoon riep: ‘Mam, je bent opgelicht!’ Na dat gesprek was ik heel erg overstuur. Niet eens om het geld. Maar het idee dat iemand mijn gegevens weet en mij er echt van heeft kunnen overtuigen dat hij m’n zoon was. Dat vind ik zo eng!”
Gina is hoedenmaker en slachtoffer van internetcriminelen
Gina is 56 jaar en woont in Rotterdam. Ze is hoedenmaker en staat op allerlei evenementen om haar hoeden te verkopen. Na een heel drukke dag op haar werk krijgt ze een appje van haar zoon: ‘Hoi mam, raad eens wat er is gebeurd? Ik heb m’n telefoon in de wasmachine gewassen en tijdelijk een leentelefoon. Je kunt me bereiken op dit nummer.’ Volgens Gina is dit typisch iets voor haar zoon en ze spreken af dat ze later die dag nog even contact hebben. In de avond belt Gina haar zoon, maar krijgt ze geen gehoord. Hij appt terug: ‘Mam, de microfoon van m’n leentelefoon werkt niet goed. Wil je me appen?’ Nadat ze haar zoon appt, antwoordt hij: ‘Ik ben onderweg en moet geld naar iemand overmaken. Wil jij dat voor me doen? Ik geef het je gelijk terug als ik thuis ben!’ Gina’s zoon is zelfstandig ondernemer en heeft nog nooit om geld gevraagd. Ze vindt het dus eigenlijk wel schattig dat hij zijn moeder om hulp vraagt. Ze appt terug dat het geen probleem is en haar zoon stuurt de rekeninggegevens via WhatsApp. Gina boekt een bedrag van 4000 euro over. Of er twijfel was? Gina antwoordt volmondig nee.
“Mam, je bent opgelicht!”
Als haar zoon nog een keer een appje stuurt of ze 1000 euro wil overmaken, denkt Gina: ‘hier klopt iets niet.’ Ze appt: ‘Hoe weet ik dat jij dit echt bent?’ Hij reageert: ‘Mam, doe effe normaal! Waarom denk je dat ik het niet ben? Je bent 6 oktober jarig.’ Om z’n moeder te overtuigen noemt hij nog meer persoonlijke gegevens. Maar Gina blijft twijfelen en belt met de vriendin van haar zoon. Die zegt: “Waar heb je het over? Hij is gewoon hier.” Op dat moment roept haar zoon: “Mam, je bent opgelicht!” Gina beseft dat zelf ook en raakt heel erg overstuur. “M’n zoon kwam direct naar me toe en zei: ‘Mam, waarom ben je zo verdrietig? Gaat het om het geld?’ Maar het gaat mij niet eens om het geld. Het gaat mij erom dat iemand mijn gegevens weet en mij er echt van heeft kunnen overtuigen dat hij m’n zoon was. Dat vind ik zo eng!”
Angst
Direct nadat Gina zich realiseert dat ze is opgelicht, belt ze de bank en doet aangifte bij de politie. De dagen erna is Gina nog steeds angstig en slaapt ze slecht. Op de vraag of het haar heeft veranderd, antwoordt Gina: “Ik ben wel alerter en deel mijn ervaring. Als ik er zo voor kan zorgen dat het andere mensen niet overkomt, vind ik dat fijn.” Tegen mensen die nog steeds denken dat het hen niet overkomt, zegt Gina: “Je moet altijd alert zijn want ze spelen in op je gevoel. Als iemand zegt dat hij je hulp nodig heeft, is het heel moeilijk om niet te helpen.”